1

Latijnse naam: Meleagris gallopavo Nederlandse naam: Ronquières kalkoen Land van herkomst: Het gehele Amerikaanse continent. Deze soort is gedomesticeerd in België. Grootte: De lengte varieert van 60 tot 80 cm. Kophoogte tot 80 cm voor de haan deze is groter dan de hen. Gewicht: Het zijn zlicht gebouwde kalkoenen ten opzichte van de standaard. De haan weegt 9 à 10 kg en de hen 4 à 5 kg Leeftijd: Tot 12 jaar oud Ringmaat: Haan 24 mm en de hen 22 mm. Chippen zou ook een optie zijn.

Kleur man en vrouw: De kleur is helderwit afgezoomd met zwart. De man is groter en groffer van bouw dan de vrouw. De kop is typisch opvallend roodachtig met veel blauw en vertoont slechts weinig kopwratjes. De snavel is wit met een blauwachtige basis. De poten zijn wit tot vleeskleurig.

Kleuren: Deze soort is het enige kalkoenenras dat erkend is in meerdere kleurslagen. Naast effen witte zijn er ook de hermelijnkleurige die een fijn zwart zoompje vertonen op iedere veer, de geelschouders die identiek zijn aan de hermelijn maar met geelbruine schouders en stuit. De vale heeft een vaalrosse grondkleur met een fijne, haast onzichtbare, zwarte zoming en de patrijskleurige hebben een grijsbruine grondkleur met een uitgesproken en sterk contrasterende U-vormige zoming. De hanen van deze laatste kleurslag zijn veel donkerder dan de hennen. Opvallend is dat de kuikens van al deze kleurslagen wit of bijna wit zijn bij de geboorte

Gedomesticeerd: Deze soort behoort tot één van de Belgische rassen en is vernoemd naar de plaats Ronquieres. De kleurslag die wij hebben is wit-zwart.

Overige: De soort is geen zwaar gebouwde kalkoen en geeft geen enorme vleesopbrengst maar het vlees is van bijzonder goede kwaliteit. Het is een echt sierras. Deze soort overtreft de andere rassen zowel in vitaliteit als in vruchtbaarheid. De broedresultaten liggen opvallend hoog ten opzichte van ander rassen. De hennen leggen goed en worden zeer gemakkelijk broeds. Het zijn zeer betrouwbare broedsters en uitstekende moeders. De kuikens groeien mits een aangepaste voeding voor kalkoenkuikens zeer vlot op.

Behuizing: De minimale hoogte voor de afrastering van een verblijf is ca. een meter. Wanneer dit lager is, bestaat de mogelijkheid dat de dieren ontsnappen. Het binnenverblijf dient minimaal een meter hoog te zijn, zodat de kalkoenen rechtop kunnen staan zonder het dak te raken. Het beste kun je het verblijf zo groot mogelijk maken wanneer de kalkoenen als gezelschapsdier wordt gehouden. De afrastering van een kalkoenenverblijf dient stevig te zijn en moet uit een binnenverblijf en een buitenverblijf bestaan. Het binnenverblijf kan ook zijn een afdak waar ze droog kunnen staan bij slecht weer. Een groot buitenverblijf kan worden ingezaaid met gras en een stuk met zand. Het verblijf moet groot genoeg zijn, omdat het gras wordt opgegeten en kapot getrapt. Kalkoenen nemen een stofbad in zand. Hiervoor moet een plaats gecreëerd worden. Het verblijf bij MeerZoo is ca 13 x 4 meter voor het koppel.

Kweek: Deze kalkoenen zijn al geslachtsrijp na ca 1 jaar. De kuikens komen al na 24 uur van het nest af en eten dan zelf. Het duurt ongeveer twee weken voordat ze een beetje kunnen vliegen. Na een vijftal weken zijn de kuikens al zeer zelfstandig en op een leeftijd van acht weken al sterk genoeg om slecht weer aan te kunnen. De jonge kalkoenen blijven vier tot tien maanden bij hun moeder. Houd rekening met het vliegvermogen van de jonge dieren. Plaats eventueel een rek, waar ze flink hoog op kunnen plaatsnemen, ze maken daar graag gebruik van en anders gaan ze op het dak of elders zitten. Als de hanen de hennen wat te veel treden kan dit verwondingen op de rug veroorzaken. Dit kan men voorkomen door de hen een dekje van jutte op te doen wat men met een lint om de hals en twee linten onder de vleugels bevestigd. Gaat men er mee fokken dan kan men bij deze dieren gemakkelijk natuurfok toepassen. Wel is het dan verstandig om over een binnenhok met nesten te beschikken, anders willen ze nog al eens bij elkaar in een grondnest leggen. De hen broedt ± 28 dagen. Houd de eerste dagen de kuikens wel binnen, zeker bij nat weer.

Gedrag: De dieren zijn buiten het broedseizoen zeer rustig van aard. In het broedseizoen, zeker als de eerste eieren zijn gelegd, is de man nogal territoriaal en zal zich niet laten afschrikken om aan te vallen. Het is hoofdzakelijk dreigen maar een echte aanval is ook te verwachten. Met een lange broek aan geeft dit geen verwondingen maar een korte broek kan toch vervelende krassen opleveren aan uw benen.

Broedmachine: De eieren kan men het beste bij een temperatuur van 10 tot 15°C bewaren in een wat vochtige atmosfeer, zoals b.v een kelder. Keer de eieren onder een hoek van 45°. De kuikens kan men verder onder en warmtebron opfokken. De broedtemperatuur is rond de 37,5 graden celsius en de luchtvochtigheid is 52%.

Temp/ Luchtvochtigheid: Kunnen in de winter buiten mits er een binnen verblijf of afdak is.

Voeding: Legkorrel of loopvogelkorrel, gras, kruiden, insecten en ongewervelde dieren

Ziekten: Een gevreesde ziekte die bij kalkoenen nog al eens voor wil komen is zwarte kopziekte, meestal Black Head genoemd. Dit is een parasitaire aandoening van lever en blinde darm. Spoelwormen spelen hierbij een belangrijke rol als tussengastheer. De besmette eitjes hiervan worden door regenwormen opgenomen uit „besmette” grond en vervolgens worden de regenwormen door de kalkoen opgegeten. Een goede wormbestrijding is dus noodzakelijk, zeker als men ook kippen heeft, want daar komen spoelwormen regelmatig voor. Tot voor een aantal jaren terug zat er een voorbehoedend middel door het voer gemengd. Dit is echter tegenwoordig verboden. Dus zal men voor een goede hygiëne moeten zorgdragen. Zo nodig moet men een dierenarts inschakelen. Uiteraard dienen de dieren ook geënt te zijn tegen pseudo vogelpest om aan tentoonstellingen te kunnen deelnemen.