Auteur Meerzoo

Latijnse naam: Alectoris chukar
Nederlandse naam: Chukar Patrijs.

Land van herkomst: Zuid Azië (van Oost Europa tot China en Tibet)

Grootte: Lengte ± 36 cm.

Gewicht: 500 gram.

Ringmaat: 9 mm.

Kleur man: Veren blauw-grijs,borst blauw-grijs,over flanken zwart, bruin en witte strepen,de keel is wit, met een smalle zwarte rand. Rode snavel.
Kleur vrouw: De hen is meestal fijner van bouw, met een fijnere kop. De kleuren zijn iets minder fel dan de haan. De snavel in minder rood.

Volière: Binnenvoliere van 60x40x40 is voldoende voor voor een koppel. Voor buitenvolière een nachthok waar ze droog en uit de wind kunnen zitten is belangrijk. Op de grond zand of gras. Kweek: ± 24 dagen. De haan is in het voorjaar soms agressief t.o.v. de hen. Voorjaarslegsters, paarsgewijs in een droge volière huisvesten. Zijn rustig van aard en ze kunnen op een beperkte ruimte gehouden worden. Komen het eerste jaar op kleur, het geslacht is pas op volwassen leeftijd te onderscheiden. Broeden soms zelf. Kleur van de eieren zijn geelbruin met roodbruine tot grijze stipjes

Behuizing: zie volière.

Temp/ Luchtvochtigheid: Winterhard.

Voeding: Siervogelvoeder, meelwormen, fijn geknipt gras, sla, andijvie, witlof en vogelmuur. Stukken appel, wortel en meloen worden ook gegeten.En een zandbad.