1

Inleiding

Augustus 1995 werd mij, min of meer per toeval, een Eryx Colubrinus loveridgei aangeboden. Daar ik in eerste instantie niks van deze soort wist heb ik mij er in „no time” in verdiept. Gelukkig kon ik het e.e.a. vinden in een boekje over dwergboa's, dat ik een tijdje geleden voor mijn Lichanura's had aangeschaft, en enkele artikelen in Literatura Serpentium. Toen ik het een en ander had gelezen kreeg ik een kleine indruk van hoe ik deze dieren zo goedmogelijk kon houden. Na deze informatie heb ik besloten om dit dier aan te schaffen. (Tevens kende ik iemand die ook geintresseerd was in deze soort en mocht ik toch nog besluiten om dit dier niet te houden was hij bij hem in goede handen.) Na aanschaf van dit dier, wat mij verkocht is als vrouw, ben ik op zoek gegaan naar een man. Dit zoeken koste mij meer moeite dan ik had verwacht, maar ik had toch enkele dieren kunnen vinden en daarom een afspraak gemaakt om elkaar op de „slangendag” te ontmoeten. Op de desbetreffende dag deelde hij mij mede dat hij de dieren al had verkocht, ik balen, maar ik ben naarstig op zoek gegaan naar een andere man. Gelukkig was er nog iemand die een aantal nakweekdieren bij zich had. Daar ik in principe opzoek was naar één man heb ik toch besloten om mij twee mannen en één vrouw aan te schaffen. Hierdoor had ik twee mannen en twee vrouwen, dacht ik. Na wat navraag aan andere Eryx liefhebbers, en een eigen controle van alle vier de dieren thuis bleek de eerste vrouw een man te zijn. Dus toen had ik drie mannen en een vrouw. Daar ik twee vrouwen en twee mannen wou hebben om een kweekgroep te beginnen ben ik op zoek gegaan naar een vrouw. Dit bleek net zoals eerder moeilijk. De moed had ik al een beetje opgegeven toen onverwachts de telefoon ging. Er werd mij een één jaar oud koppel aangeboden, alleen de vrouw was niet bespreekbaar. Dit koppel heb ik ook aangeschaft. Op dit moment ben ik in het bezit van zes dieren, vier mannen en twee vrouwen.

Beschrijving

De Eryx Colubrinus bestaat uit twee ondersoorten te weten de Eryx colubrinus colubrinus en De Eryx colubrinus loveridgei. De verschillen tussen deze twee ondersoorten zijn niet zo erg groot. Hieronder zal ik de verschillen, voor zover die mij bekend zijn beschrijven.

Algemeen:

  • https://www.ter.nl/animalpedia_prj/lib/tpl/gina-fso2/images/dot.gif); margin-left: -25px;">
    Rond de ogen liggen 12 tot 15 schubben.
  • https://www.ter.nl/animalpedia_prj/lib/tpl/gina-fso2/images/dot.gif); margin-left: -25px;">
    Tussen de ogen 10 tot 12 schubbenrijen.
  • https://www.ter.nl/animalpedia_prj/lib/tpl/gina-fso2/images/dot.gif); margin-left: -25px;">
    Tussen het oog en neusgat hebben ze 5 of 6 schubben.
  • https://www.ter.nl/animalpedia_prj/lib/tpl/gina-fso2/images/dot.gif); margin-left: -25px;">
    Kop en lichaam gaan in elkaar over (geen hals zichtbaar).
  • https://www.ter.nl/animalpedia_prj/lib/tpl/gina-fso2/images/dot.gif); margin-left: -25px;">
    Gespierd lichaam (model worst).
  • https://www.ter.nl/animalpedia_prj/lib/tpl/gina-fso2/images/dot.gif); margin-left: -25px;">
    Buik is grijs tot geel-grijs.
  • https://www.ter.nl/animalpedia_prj/lib/tpl/gina-fso2/images/dot.gif); margin-left: -25px;">
    Ogen zitten hoog op de kop.
  • https://www.ter.nl/animalpedia_prj/lib/tpl/gina-fso2/images/dot.gif); margin-left: -25px;">
    Eryx colubrinus colubrinus:
  • https://www.ter.nl/animalpedia_prj/lib/tpl/gina-fso2/images/dot.gif); margin-left: -25px;">
    Dorsalen 47-49
  • https://www.ter.nl/animalpedia_prj/lib/tpl/gina-fso2/images/dot.gif); margin-left: -25px;">
    Ventralen 168-182 (gemiddeld 173.2)
  • https://www.ter.nl/animalpedia_prj/lib/tpl/gina-fso2/images/dot.gif); margin-left: -25px;">
    Een tekening op de buik

-Eryx Colubrinus Loveridgei:

  • https://www.ter.nl/animalpedia_prj/lib/tpl/gina-fso2/images/dot.gif); margin-left: -25px;">
    Dorsalen 53-59
  • https://www.ter.nl/animalpedia_prj/lib/tpl/gina-fso2/images/dot.gif); margin-left: -25px;">
    Ventralen 175-192 (gemiddeld 184.8)
  • https://www.ter.nl/animalpedia_prj/lib/tpl/gina-fso2/images/dot.gif); margin-left: -25px;">
    Geen tekening op de buikzijde
  • https://www.ter.nl/animalpedia_prj/lib/tpl/gina-fso2/images/dot.gif); margin-left: -25px;">
    Aan de tekening op de buik wordt getwijfeld. (Parker 1949)
  • https://www.ter.nl/animalpedia_prj/lib/tpl/gina-fso2/images/dot.gif); margin-left: -25px;">
    Meer geel op de rug, soms lijkt het of er een oranje gloed overheen zit.
  • https://www.ter.nl/animalpedia_prj/lib/tpl/gina-fso2/images/dot.gif); margin-left: -25px;">
    De gele tekening op de rug staat met elkaar in verbinding als een soort ketting.

Aangezien de verschillen van deze dieren, naar mijn mening, erg klein zijn, is het voor mij de vraag of er wel over twee ondersoorten gesproken kan worden. „Gelukkig” is het niet aan mij om dit te bepalen. Het geslacht is redelijk goed te bepalen bij volwassen dieren. Dit komt doordat de mannen een relatief langere staart hebben dan de vrouwen. Tevens zijn bij volwassen mannen de sporen in veel gevallen te zien. De mannen zijn in volwassen staat veel kleiner dan de vrouwen. De lengte varieert tussen de 60 en 80 cm. Helaas is bij jonge dieren het geslachtsonderscheid veel moeilijker te constateren.

Verspreiding

Het verspreidingsgebied ligt in noord- en oost Afrika en zelfs in Arabië. Ze zijn te vinden op de steppen en andere droge gebieden. Overdag zijn ze weggescholen onder het zand, stenen en in holen die door zoogdieren zijn gemaakt.

Voedsel

Het voedsel bestaat uit muizen die niet groter zijn dan halfwas. Bij voorkeur geef ik ze niet te grote prooien omdat ze die niet makkelijk kunnen eten. Uit een artikel dat staat in Literatura Serpentium, Vol 1, nr 5, blijkt dat sommige dieren problemen hebben met eten. De oplossing die werd aangedragen voor dit probleem was, om de dieren in een linnen zakje te doen, een dier per zakje, tezamen met twee nestmuisjes. De dieren zullen de prooi snel verorberen waarna de dieren in het terrarium kunnen worden terug geplaatst. Tevens is hierbij het voordeel dat je precies weet hoeveel een dier heeft gegeten. Mijn dieren geven geen problemen met eten zodat ik deze bovenstaande methode niet heb hoeven toe te passen. De vrouwen eten beter en meer dan de mannen, maar dat is niet ongebruikelijk bij slangen. Met betrekking tot het drinken heb ik gedurende de gehele dag een drinkbak in het terrarium staan. Dit tot tegenstelling van sommige andere Eryx liefhebbers die een of twee keer per week water aanbieden. Een reden die hiervoor is dat de dieren te veel willen drinken na het eten en daardoor hun prooi kunnen uitbraken. Dit fenomeen heb ik niet meegemaakt, maar niks is onmogelijk.

Huisvesting

De dieren worden tezamen gehouden in een terrarium van 70x60x35 (LxBxH). De bodembedekking bestaat uit zand, ca. 6 cm. Verder is het terrarium ingericht met wat takken, stronken en kunstplanten. Tevens zijn er diverse schuilgelegenheden in de vorm van stukken kurk neergelegd. Hieronder kunnen de dieren zich kunnen terug trekken. Dit is belangrijk daar de dieren in de natuur een nogal verborgen leefwijze hebben. In het terrarium ligt een warmtemat, A4 formaat, die gedurende 24 uur blijft branden waardoor het op de mat constant ca. 22 graden Celsius is. Daarnaast brand er een halogeen spot overdag, die zowel voor licht als warmte in het terrarium zorgt. In het terrarium kan de temperatuur oplopen tot wel 35 graden Celsius. In de kamer waar de dieren worden gehouden staat een radiator, die de temperatuur niet beneden de 20 graden Celsius laat komen.

Voortplanting

De voortplanting van deze dieren vindt plaats in de zomermaanden. De maanden juni en juli. Na ongeveer vier maanden worden de jongen geboren (Boa's zijn eierlevendbarend). Diverse liefhebbers houden de dieren het hele jaar gescheiden en zetten ze alleen gedurende de paar periode bij elkaar. Het is mijn bedoeling om de dieren het gehele jaar bij elkaar te houden. Er wordt geadviseerd om meer mannen, twee of drie, bij de vrouwen te zetten. Hierdoor is er een grotere rivaliteit waardoor de paringen in de regel succesvoller zijn. De worp bestaat meestal tussen de tien en twintig jongen. In de natuur werpen de vrouwen over het algemeen om de twee jaar, maar in gevangenschap kunnen ze ieder jaar nakomelingen krijgen.

Jongen

In het najaar worden de jongen geboren en zijn dan ongeveer 20 cm lang. De jongen worden gevoerd met eendags muizen.

Tot slot

Het zijn naar mijn mening leuke en aantrekkelijke dieren om te zien. Ze zijn niet agressief en zeer handelbaar. Helaas hebben ze een wat verborgen levenswijze, wat resulteert dat de dieren niet vaak te zien zijn. Hierbij wil ik wel opmerken dat de dieren 's nachts het actiefst zijn en regelmatig boven het zand zijn te zien.

Literatuur

-Pols, Jhon van der, De verzorging en kweek van de Eryx Colubrinus

Loveridgei. Literatura Serpentium.

-Lamers, Heinz, Kweekresultaat Eryx Colubrinus Loveridgei,

Literatura Serpentium.

-Woerkom, A.B. van, Het voederen van Eryx Colubrinus Loveridgei,

Literatura Serpentium Vol.1, nr. 5, blz. 181-182.

-Boas Rosy en Ground, Jerry G. Walls.

-Kriegtiere und Lurche im Mittelmeerraum, Sauers Naturführer.

-Schlangen, Treutnau.