1

Inleiding

In dit artikel beschrijven wij onze ervaringen met de Mandarijnslang (Elaphe mandarina). Een slang die wordt bewonderd om zijn kleuren en verafschuwd vanwege het feit dat hij moeilijk in leven te houden is.

Vele honderden van deze slangen zijn de afgelopen jaren verkocht, gekoesterd en vervolgens binnen korte tijd dood gegaan.

Een frustratie die nu bij veel slangenhouders omgeslagen is in weerzin in deze slang.

Na diverse reizen richting China, met name Beijing, zijn wij wat meer te weten gekomen over de slangenhandel, consumptie en de gevaren die gepaard gaan met deze handel (voor kwetsbare dieren als slangen).

In het laatste deel wordt beschreven hoe wij al gedurende ruime tijd een aantal van deze slangen verzorgen. Beschreven worden, het terrarium en het gedrag in het terrarium.

Over met name het gedrag is weinig beschreven in de literatuur en wij hopen een bijdrage te kunnen leveren die kennis te vergroten.

Soortbeschrijving

Elaphe mandarina is een Elaphe soort die in 1842 voor het eerst beschreven wordt door Cantor als Coluber mandarinus. De mandarijnslang die op Taiwan voorkomt werd beschreven als Elaphe mandarina takasago. In de huidige taxonomische indeling worden er geen ondersoorten meer erkend van E. madarina.

Er bestaat nog wel de discussie welke status toegekend moet worden aan Elaphe perlacea. Een slang die beschreven is aan de hand van een paar exemplaren door Stejneger(1929). De beschreven vindplaatsen liggen in de buurt van Chengdu een plaats waar ook Elaphe mandarina voorkomt. Er wordt wel gesuggereerd dat Elaphe perlacea een variant van Elaphe mandarina is

(Schulz 1989) of het betreft een aantal exemplaren met een zogenaamde” zetfout”.

Van Elaphe perlacea zijn maar enkele exemplaren bekend en geconserveerd.

Beide slangen worden beschreven als slangen levend in de bergen en zijn gevonden tot 2000/2500 meter hoogte. Elaphe mandarina wordt zelfs gevonden op 3000 meter hoogte(Schulz).

Verder onderzoek zal moeten uitwijzen wat de juiste benaming en taxonomische indeling zal worden.

De Elaphe mandarina is een middelgrote slang met een gemiddelde lengte van 90-120 centimeter. Grotere exemplaren zijn bekend uit met name het zuiden (150 cm Schulz 1996).

De slang is robuust gebouwd, de kop is duidelijk afgezet van de hals. Er is geen sprake van sexueel dimorfisme, gedurende de paartijd zijn de mannetjes wel te herkennen aan een gezwollen staarbasis.

De basiskleur van de Elaphe mandarina is grijs, variërend van donkergrijs tot bijna wit/grijs. Sommige exemplaren hebben op iedere schub een rode waas op het midden van de schub.

De kop is geel zwart gebandeerd, deze kleuren zetten zich voort op de rug in de vorm van zwarte vierkanten met in het midden, precies midden op de rug, een helder gele vierkante vlek.

Verspreidingsgebied

De beschrijving van het verspreidingsgebied (Schulz) ziet er als het volgt uit, Zuid-china, Taiwan, Vietnam, Burma en India. Daarnaast is er ook sprake van een aantal vondsten in noord Laos (Boilstone 1993,Schulz 1996).

Het verspreidingsgebied in met name China is nog erg onvolledig in kaart gebracht. Zo is er discussie over het voorkomen van Elaphe mandarina ten noorden van Beijing in de heuvels. Recent is die vraag positief beantwoord. Heimes (1996) heeft een aantal exemplaren gevonden in diverse dalen bij Jundu Shan, zo'n 100 kilometer ten noorden van Beijing. Deze vondst maakt het verspreidingsgebied van de Elaphe mandarina helemaal raadselachtig, de dichtstbijzijnde vindplaats licht zo'n 300 kilometer zuidelijker.

Verdere inventarisatie zal uit moeten wijzen of dit een geïsoleerde populatie is of dat bij nader onderzoek er verbindingen blijken te bestaan met zuidelijke populaties.

Een andere hypothese is, dat de populatie ontstaan is uit ontsnapte dieren die voor consumptie bestemd waren en tijdens hun transport in de buurt van Beijing ontsnapt zijn (Pope).

Het hele verspreidingsgebied, zoals door Schulz wordt beschreven, vertoont niet een egaal gebied met duidelijke grenzen. Er zijn hele gebieden waar het voorkomen niet bekend is of waar de slang niet voorkomt. Het heeft met name in China meer aspecten van een lappendeken dan van een groot duidelijk gebied.

Leefwijze in de natuur

Erg veel is er niet bekend over de leefwijze in de natuur. Diverse schrijvers spreken van rotsige hellingen die bebost zijn. De slangen worden dan gevonden onder stenen.

Daarnaast wordt de slang, met name in de tropen,beschreven als voorkomend in agrarisch gebied ( rijstvelden en subtropisch bos).

Een van de slangenhandelaren vertelde dat deze slang in de grond leeft, onder grasplaggen. Hier wroet hij gangen vlak onder het oppervlak en zoekt nestholen van kleine knaagdieren, waarvan hij met name de jongen eet.

Dit wordt voor een deel ook gestaafd door hun gedrag in gevangenschap en de hoeveelheid vuil die de slangen op de markt op hun vel hebben zitten ( als zij net gevangen zijn).

Handel

In geheel China wordt bijna alles gegeten wat loopt en kruipt. Een bekend kantonees zegswijs zegt dat chinezen alles eten op vier poten behalve een tafel en alles wat vliegt behalve een vliegtuig (Floor en v.Galen 1996).

Van een bevriende slangenhandelaar hoorde wij dat er tijdens het zogenaamde „Springfestival” alleen in Beijing al zo'n 20 ton slangen geconsumeerd worden. Het betreft hier vooral een aantal elaphe soorten ( carinata, mandarina, rufodorsatum,taeniura) Dinodon rufozonatum, Ptyas korros en Zaocys dhumnades.

Deze soorten hebben wij zelf aangetroffen in restaurants en op markten. Daarnaast is het bekend dat er diverse Bugarus en Naja soorten worden aangeboden. Behalve de diverse slangensoorten zijn ook Cuora amboinensis, Geochelone elongata, Rana catesbeiana en enkele andere schildpadsoorten te vinden ter consumptie. Voor een aantal schildpaddensoorten geldt al dat zij van elders geïmporteerd moeten worden (Suurmond pers. med.). Gevreesd moet worden dat dit in de toekomst ook wel eens met slangen het geval zal zijn.

Vorige jaar werden er per dag, gedurende de 3 zomermaanden, zo'n 3 ton jonge weekschildpadden geïmporteerd uit Thailand, Vietnam, Maleisië en Bangladesh(ongeveer 5 miljoen schildpadden per jaar). De produktie van weekschildpadden bedraagt nu al zo'n 2000 ton per jaar. Dit geschiedt in speciale vijvers die al ruim 1300 hektaren beslaan ( China Daily maart 1997).

Berucht zijn de geïmporteerde slangen, voor de terrariumhouderij, uit met name Hongkong. Vaak volledig uitgedroogd, veelal geïnfecteerd met allerlei wormen en bacteriën komen deze dieren aan om vervolgens snel te sterven. Toen ik dit voorlegde aan de eerder aangehaalde dierenhandelaar, vertelde zij dat de slangenhandel vrijwel geheel geconcentreerd is in Beijing. De slangen worden dus in Zuid china gevangen en naar het noorden getransporteerd. Slangen met bestemming Hongkong komen dus via Beijing en worden vervolgens naar Europa getransporteerd. Een reis, vaak maandenlang, die veel slachtoffers telt.

Slangen worden verzameld in nylon zakken, ongeveer 50-100 slangen per zak afhankelijk van de grote, die weer verpakt worden in bamboe manden. Hierin worden de slangen per vliegtuig vervoerd en vervolgens opgeslagen ( soms wekenlang) tot er een koper gevonden is. Bij aankomst op het vliegveld van Beijing kun je de manden op de platforms zien staan.

Toekomst

Door het stijgen van de welvaart valt ook een stijging van consumptie te verwachten, mensen hebben meer geld (een chinees besteed ongeveer 60 % van zijn inkomen aan eten). Daarnaast heeft er een enorme verbetering van de infrastructuur plaatsgevonden waardoor transport meer mogelijkheden kent en sneller is.

Slang is goed voor je gezondheid, dat moet je regelmatig eten. Het is een delicatesse ondanks de enorme hoeveelheid slangen die aangeboden en gegeten worden. Met name de wat luxere restaurants hebben slang op het menu staan. De prijs is relatief hoog, ongeveer 80 gulden per kilo.

Te verwachten valt dat de leefgebieden kleiner zullen worden door toename van de bevolking en industrialisatie.

Alle ontwikkelingen op een rij gezet, doen ons vrezen voor met name de Elaphe mandarina als terrariumdier. Voor er een redelijk grote populatie nakweekdieren kan ontstaan wordt dit dier al in z'n voortbestaan bedreigd door met name consumptie. De eerste nakweekmeldingen zijn er al (Schulz & Munzenmaier), toch blijkt de Mandarijnslang een slang die veel problemen kent.

Naast de vele slangen die al sterven voor zij aan eten toe komen, is ook het opkweken van de jongen een zaak die veel geduld vraagt. Mandarijnslangen eten relatief kleine prooien en gering in aantal (Schulz pers.med.).

Vaak gaan de wildvangslangen snel na aankoop zonder duidelijke oorzaak dood, soms vlak na het eten van een muis. Dieren meegenomen uit Beijing hadden nauwelijks geïnfecteerde ontlasting, meestal alleen wat flagelaten die eenvoudig te bestrijden zouden moeten zijn. Toch stierven, bij een transport, deze dieren in een relatief korte tijd na aankomst in Nederland (1-2-weken). Er spelen duidelijk nog meer factoren als infecties en dehydratie een rol.

Eigen Ervaringen

In het voorjaar ( april) van 1996 hebben wij op een markt in Beijing 5 exemplaren van de soort Elaphe mandarina gekocht, twee mannetjes en drie vrouwtjes. Een paar was jong, hun leeftijd schatte wij toen op 2-3 jaar oud. Van de drie andere exemplaren is er een uitzonderlijk licht van kleur en zwaar gebouwd, de lengte is ongeveer 1.30 meter. Een ander vrouwtje het kleinste exemplaar is ongeveer 1.00 meter lang en erg donker gekleurd.

Het gewicht van de drie grootste slangen varieerde van 500 tot ruim 600 gram. De twee kleinere slangen wogen ongeveer 200 gram.

Alle slangen waren in goede conditie, geen wonden, heldere ogen, geen afwijkingen aan mondslijmvlies en geen stinkende ontlasting. Opvallend was dat veel (ongeveer 50 %) van de aangeboden mandarina's een deel van hun staart misten. Wij zijn niet achter de reden gekomen, misschien heeft het iets te maken met de wijze van vangen.

De eerste handeling die wij verrichten, na aankoop, is de slangen water aanbieden. Hotelkamer op slot, bad vol laten lopen en drinken maar. Vaak dronk een nieuw gekocht exemplaar 10 tot 15 minuten achter elkaar, dit in tegenstelling tot onze ervaringen met deze dieren in gevangenschap die wij zelden zien drinken.

De slangen zijn, bij aankoop, vies. Er komt erg veel modder van hun huid na hun dagelijkse bad. Ik denk dat dit veel te maken heeft met de leefwijze van Elaphe mandarina. Na een aantal vervellingen zijn de dieren aanmerkelijk lichter gekleurd, een aantal bijna wit.

Huisvesting

De terrariums waarin de slangen zijn gehuisvest zijn zeer eenvoudig. Een eenvoudige spaanplaat bak ( 50x35x35 ), de bodembedekking bestaat uit een dikke laag fijne beukenspaanders. In het terrarium staat een plastic emmer afgesloten met een deksel met daarin een gat van 5 cm doorsnee. De emmer is gevuld met vochtig houtmot, die eens in de drie weken verschoond moet worden ivm schimmelgevaar.

De verwarming/verlichting bestaat uit een 15 watt lampje. De temperatuur varieert tussen 16-20 graden s'nachts en 22-27 overdag, dit is afhankelijk van de temperatuur die de kamer heeft waar het terrarium in staat.

Gedrag

Om te kunnen genieten van een paartje Elaphe mandarina, moet je nachtmens worden. Overdag zijn de dieren niet tot nauwelijks actief. Voortdurend trekken zij zich terug in de emmers gevuld met houtmot. In het jaar dat de vijf dieren in ons bezit zijn zijn er twee slangen die af en toe te zien zijn, de andere drie hebben wij nooit kunnen betrappen buiten hun schuilplaats. Alleen tijdens inspecties zien wij alle dieren.

Gedurende het jaar van aankomst aten alle slangen matig, zeer onregelmatig en kleine prooien.(teveel om te sterven, te weinig om te leven). Toch bleven vier slangen op gewicht, zelfs na een winterrust. Een van de kleine slangen zijn wij in het voorjaar 1997 gaan dwangvoeren omdat het lichaamsgewicht kritiek werd.

De andere vier eten aanmerkelijk meer als het jaar van import. Zeer verborgen en met name s'nachts eten de slangen hun prooi die aangeboden wordt in de emmers.

De man is in het voorjaar een aantal malen onrustig geweest en kroop dan regelmatig uit de emmer en bleef soms een of twee dagen ingegraven in de beukensnippers liggen om vervolgens weer naar de emmer terug te keren.

De onrust van het mannetje kan geduid worden als „paar” gedrag, paringen hebben wij nooit kunnen waarnemen door de verborgen leefwijze van de dieren.

Naar aanleiding van ervaringen met tientallen exemplaren van deze slang kunnen wij ook enkele kenmerkende facetten van hun gedrag benoemen. Een Elaphe mandarina toont gezond gedrag als hij zich voortdurend verstopt, ligt een slang buiten z'n schuilplaats dan is er iets mis. Behalve bovengenoemd gedrag. Het buiten de schuilplaats liggen is, zo hebben wij ervaren, vaak een voorteken van een naderende dood. Vaak kleurt de slang dan ook diep grijs tot bijna zwart, en de ogen worden troebel zoals bij het naderen van een vervelling.

Gezonde dieren kleuren helder als zij zich verstoppen in een vochtige omgeving, ook vlak voor een vervelling.

Het eten blijft een geheimzinnig gebeuren. Nog maar een keer zijn wij erin geslaagd een etende slang te betrappen. Het eten gebeurt in de emmers en veelal in de nachtelijke uren. Van grote prooien moeten mandarijnslangen niets hebben. Hun voorkeur gaat uit naar nestmuizen, nestratjes en springertjes.

Gedurende de warme zomer van 1997 hebben geen van de vijf slangen gegeten, waarschijnlijk was de temperatuuur te hoog. Voor en met name na de zomer hebben de slangen „veel” gegeten, soms wel 5-10 babyratjes per week.

Nabeschouwing

Al met al blijft de Mandarijnslang een slang die ons boeit. Een slang die voor beginners zeker af te raden is gezien zijn slechte houdbaarheid en geringe aantrekkelijkheid door de verborgen leefwijze. Het kleurpatroon is zeer opmerkelijk en fraai, helaas geeft deze slang haar pracht zelden prijs.

Wij hopen dat er binnen nu en 5 jaar de nakweek van Elaphe mandarina op gang komt. Deze verborgen levende slang is een slang voor specialisten, en wij denken dat hij dat ook altijd wel zal blijven gezien de problemen bij het houden.

Gezien de enorme consumptie in China van deze slang kan het niet anders dan dat hij zeldzaam kan gaan worden. Hieruit moet ook blijken dat hij nu in de natuur in grote hoeveelheden moet voorkomen. Wij schatten dat er per jaar 2 ton Elaphe mandarinas opgegeten worden (dit zijn zo'n 4 a 5000 slangen).

Literatuur

Boilstone M., 1993, De Colubridae van Laos, Litteratura Serpentium, jaargang 13, no 3, pag 86-95.

Da Shan, 1997, Turtle imports could be banned, China Daily,( gratis krant verspreid in zakencentra in de grotere steden)

Heimes P., 1996, Die Amphibien und Reptilien Pekings, Herpetofauna, 18 (105) 27-34.

Galen K.v., Floor H, 1996, China, Odyssee reeks, Babylon/ de Geus uitgeverij, Amsterdam, 793 pag.

Schulz K.D. 1989, Die hinterasiatischen Kletternattern der Gattung Elaphe, Teil XVI, Elaphe Perlacea (Stejneger 1929), Sauria jaargang 11, (deel 2), pag 15-16.

Schulz K.D. en Munzenmaier J., 1990, Die hinterasiatischen Kletternattern der Gattung Elaphe, Teil XVIII Elaphe mandarina (Cantor 1842), Sauria, jaargang 12, (deel 2), pag.25-29.

Schulz K.D. 1996, A monograph of the colubrid snakes of the genus Elaphe Fitzinger, Koelz Scientific Books, Havlickuv Brod, Tjechie, ISBN 80-901699-8-8, 439 pag.